Olga Sacharoff, het eerste kubisme in Spanje

De Georgische kunstenares Olga Sacharoff wordt door kunsthistorici gezien als degene, die het kubisme in Spanje introduceerde. Bij het uitbarsten van de Eerste Wereldoorlog vestigde ze zich daar met haar echtgenoot eerst op Mallorca en later -in 1916- in Barcelona. Op dat moment was haar werk doordat ze daarvoor enkele jaren in Parjs had gewoond sterk beïnvloed door het synthetisch kubisme, ontwikkeld door o.a. Georges Braque en Pablo Picasso.

Sacharoff werd in 1889 geboren in Tbilisi. Daar studeerde ze aan de plaatselijke kunstacademie, en reisde vervolgens naar Italië en in 1910 naar München. Zo kwam ze al gauw met het Duitse expressionisme in aanraking en ontmoette ze tevens fotograaf en schilder Otho Loyd (1885‒1973), waarmee ze in het huwelijk zou treden.

In 1912 trok het echtpaar naar Parijs, aangetrokken door het werk van Cézanne en het daardoor geïnspireerde kubisme. Maar lang zouden ze daar niet blijven. In 1915 vluchtte het echtpaar voor het oorlogsgeweld naar Spanje. Daar leefde Sacharoff tot 1922 in relatieve anonimiteit terwijl ze na de oorlog wel weer in Parijs exposeerde. Wel zou ze in 1917 de Cubaanse kunstenaar Francis Picabia leren kennen, waarmee ze het dadaïstische tijdschrift >>'391' editeerde. Ook zou ze er in contact komen met de surrealistische beweging.

Nieuwe stijl
Nadat Sacharoff in 1929 scheidde volgden er enkele jaren waarin ze geen penseel aanraakte. Pas in 1934 had ze met heel ander werk, beïnvloed door Henri Rousseau (1844-1910), Amadeo Modigliani (1884-1920) en de schilderkunst van het Italiaanse 'Trecento', weer een expositie, in de Galerías Layetanas te Barcelona. Met deze nieuwe, naïeve coloristische stijl wist ze zich te integreren in het op dat moment heersende Catalaanse 'Noucentismo', vooral beschouwd als een literaire en filosofische stroom -met José Ortega y Gasset als belangrijkste exponent- maar waartoe ook kunstschilders als Joaquim Sunyer (1874-1956), José Gutiérrez-Solana (1886-1945) en Joaquín Torres García (1874-1949) behoorden. .

We schrijven 1936 wanneer Olga opnieuw gedwongen zou worden om te vluchten, ditmaal voor de Spaanse Burgeroorlog. Terug in Parijs zou ze ook haar ex-man weer tegenkomen en met hem in 1939 een gezamenlijke expositie hebben in de Perls Gallery in New York. Voor Loyd, die zich daar tot dat moment nog niet rijp voor had gevoeld en werd onderhouden door zijn rijke ouders, zou dit zijn allereerste expositie zijn.

Terugkeer naar Spanje
Na de Spaanse Burgeroorlog keerden beiden terug naar Barcelona, waar  Sacharoff's schilderstijl decoratiever en commerciëler zou worden. Daarom ging ze zich tevens meer en meer wijden aan het vervaardigen van portretten en illustraties. Dit werk is esthetisch maar zeker niet zo vrijmoedig en avantgardisch als haar eerdere werk.

Na de Tweede wereldoorlog, terwijl de avant-garde opnieuw op zou bloeien, zou Sacharoff verder gaan binnen de figuratieve traditie. Daardoor zou ze internationaal gezien verder weinig aandacht meer krijgen. Zelfs buiten Barcelona is ze op dit moment weinig bekend, ook al werd haar werk in 1960 gepubliceerd in een anthologie van de 'Dirección General de Bellas Artes'.

In 1967 overleed Olga Sacharoff als Spaanse. Drie jaar eerder had ze nog de 'Medalla de la Ciudad de Barcelona' ontvangen.

Afbeeldingen: 'Mujer acodada en mesa'(1915), 'Tiovivo' (1934), Portret van Laura Albéniz (1940)